3a. Lokale heffingen

Toelichting op belastingen

Woonlasten

* Opgetelde bedragen kunnen afwijken i.v.m. afrondingsverschillen.

Beleid en tariefstelling

Met de vaststelling van de Begroting 2020-2023 is ervan uitgegaan dat er bij de inkomsten geen andere dan
autonome tariefsverhogingen zullen plaatsvinden. Als zodanig is bij de belastingen in het algemeen sprake van
een trendmatige verhoging van 2% ten opzichte van het voorgaande jaar, met uitzondering van de woonlasten,
de parkeerbelastingen en de toeristenbelasting. Anders dan voor de belastingen geldt voor bestemmingsbelastingen en rechten dat zoveel mogelijk kostendekkende tarieven worden gehanteerd. Hierbij houden we rekening met de maatschappelijke effecten van de tariefstelling.

Vergelijking woonlasten met overige gemeenten
Net als in 2019 betaalden Eindhovenaren in 2020, in vergelijking met 3 andere grote gemeenten, minder dan
gemiddeld aan woonlasten (onroerende-zaakbelastingen, rioolheffing en reinigingsheffingen). Dit is te lezen in het rapport Kerngegevens belastingen grote gemeenten 2019 van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van Lagere overheden (COELO). Van de 40 deelnemende gemeenten zijn er 9 met lagere gemiddelde woonlasten. In de deelnemende gemeenten werd gemiddeld € 734,- betaald bij een meerpersoonshuishouden van een eigenaar-bewoner. Dit is in Eindhoven € 722,-.

Kwijtschelding
Kwijtschelding kan voor verschillende belastingen, heffingen en rechten verleend worden. De voorwaarden voor
het verlenen van kwijtschelding van belastingen en heffingen zijn geregeld in de Invorderingswet 1990
(www.wetten.overheid.nl). Op gemeentelijk niveau is dit geregeld in de Kwijtscheldingsverordening en de
Leidraad Invordering (www.eindhoven.nl/belastingen onder de titel ‘Meer informatie’). In 2020 is € 1,345 miljoen
kwijtgescholden.

Onroerende zaakbelasting

De onroerende-zaakbelasting maakt samen met de rioolheffing en de reinigingsheffingen onderdeel uit van de woonlasten. De stijging van de woonlasten is voor de duur van de bestuursperiode vastgelegd en de ontwikkelingen hebben geen aanleiding gegeven om af te wijken van het coalitieakkoord. Voor de tarieven van de onroerende-zaakbelastingen is de herwaardering ingevolge de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) van belang. Deze WOZ-waarde wordt jaarlijks vastgesteld. Voor belastingjaar 2020 ging het daarbij om de waarde naar peildatum 1 januari 2019. De uitkomsten van de jaarlijkse herwaardering zijn mede bepalend voor de tarieven onroerende-zaakbelastingen voor 2020. De definitieve tarieven zijn in december 2019 door de raad vastgesteld.
Uiteindelijk zijn de opbrengsten hoger dan begroot, door minder verminderingen dan geraamd vanuit bezwaar/beroep, een afwijkend accres (hoger bij woningen ondanks meer leegstand bij niet-woningen dan was ingeschat).

Precariobelasting

Ten opzichte van 2019 zijn de tarieven voor 2020 trendmatig verhoogd met 2%. Door de sterke groei van de
bouwactiviteiten, in combinatie met een aantal grote bouwprojecten, zijn de opbrengsten hoger dan begroot.

Hondenbelasting

Ten opzichte van 2019 zijn de tarieven voor 2020 trendmatig verhoogd met 2%. Door een inhaalslag ten aanzien van de controle op de hondenbelasting zijn de opbrengsten hoger dan begroot.

Toeristenbelasting

Door de corona crisis zijn de bezettingscijfers van overnachtingen in de hotels sterk gedaald (van 77% in 2019 naar 39% in 2020). Hiermee rekening houdend wordt verwacht dat over 2020 een bedrag van € 1.844.574 aan toeristenbelasting kan worden opgelegd. In de begroting is voor 2020 voor de opbrengsten van de toeristenbelasting een bedrag opgenomen van € 1.942.000, hierin is de ontvangen Rijkscompensatie van € 691.000 verwerkt. Het nagekomen resultaat 2019 in 2020 bedraagt € 280.147 en het nagekomen resultaat van voor 2019 in 2020 bedraagt € 3.199. Meer- of minder opbrengsten op de toeristenbelasting worden conform de besluitvorming (raadsdossier 12R4988) respectievelijk gestort in- of onttrokken aan de reserve city marketing, toerisme, recreatie en evenementen. In 2020 is een bedrag van €185.920 in de reserve citymarketing gestort. Overeenkomstig bestuurlijk besluit i.v.m. corona is er in 2020 geen voorlopige aanslag Toeristenbelasting 2020 opgelegd en zal in 2021 de definitieve aanslag Toeristenbelasting 2020 worden opgelegd,

Leges

Algemeen uitgangspunt bij legesheffing is streven naar een zoveel mogelijk kostendekkend tarief met oog voor
maatschappelijke effecten. In verband met de kostendekkendheid mogen de begrote opbrengsten van de leges, de begrote kosten van de daarmee samenhangende dienstverlening niet overstijgen. Bij de tariefstelling zijn de
kosten van de samenhangende dienstverlening over de verschillende legestarieven verdeeld, de zogenaamde
kruissubsidiëring, zodat er binnen de samenhangende dienstverlening geen sprake is van overschrijding van de
opbrengstlimiet van 100%.

Afvalstofheffingen en reinigingsrechten

De gemeente mag onder de naam afvalstoffenheffing een belasting heffen ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan de uitvoering van de gemeentelijke afvaltaken. Het betreft een zogenaamde bestemmingsbelasting, waarmee alle kosten die de gemeente maakt voor de uitvoering van de afvaltaken worden verhaald op de gebruikers. De opbrengsten van de afvalstoffenheffing mogen de kosten niet overschrijden. Voor de opstelling van de tariefberekening zijn de kosten geactualiseerd op basis van de vastgestelde begroting 2020 van Cure, inclusief begrotingswijziging 2020 van Cure, en op de gemeentelijke kostenposten.
Na jarenlange periode van kostendalingen en verlaagde afvalstoffentarieven, zijn de kosten voor inzameling en verwerking opgelopen en wordt te verbranden afval progressief belast door het Rijk. Ook in 2020 zijn we geconfronteerd met verder toegenomen kosten (toegenomen verwerkingskosten en afgenomen opbrengsten van gescheiden restafvalstromen) ten opzichte van de begroting 2020. Om de toegenomen kostenstijging in 2020 te kunnen dekken is een begrotingswijziging door Cure doorgevoerd. Tot en met 2020 hebben we dit financieel op kunnen vangen door het inzetten van de afvalvoorziening. Voor 2020 zijn hogere afvaltarieven voor huishoudelijk afval vastgesteld. Daarbij is aangegeven dat gelet op de huidige ontwikkelingen in de afvalmarkt, rekening moet worden gehouden met het feit dat de afvalkostenstijging noopt tot het verhogen van het de afvaltarieven in 2021 en volgende jaren.

Rioolrechten

Op basis van de actualisatie van het kostendekkingsplan van het Gemeentelijk Rioleringsplan 2019-2022 zijn
voor 2020 de tarieven voor rioolrechten ongewijzigd gebleven en ook niet geïndexeerd. In de Gemeentewet
(artikel 228a) is geregeld dat de gemeente onder de naam rioolheffing een belasting kan heffen ter bestrijding van
de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan de uitvoering van de gemeentelijke watertaken. De
rioolheffing is een zogenaamde bestemmingsbelasting, waarvan de opbrengsten bestemd zijn voor een bepaald
doel. Met deze belasting kunnen alle kosten die de gemeente maakt voor de uitvoering van de gemeentelijke
watertaken worden verhaald op de gebruikers. Dit geldt ook voor de kosten die collectief profijt opleveren, zoals
het afkoppelen van verhard oppervlak, infiltratie regenwater en klimaatadaptatie maatregelen.

Begraafplaatsrechten

Algemeen uitgangspunt bij begraafplaatsrechten is streven naar een zoveel mogelijk kostendekkend tarief met
oog voor maatschappelijke effecten.

Reclamebelasting/BIZ-heffing

Op verzoek van de binnenstadondernemers is sinds 2017 de Stichting BIZ Eindhoven Centrum actief. De BIZbijdrage is zowel bij de eigenaren als gebruikers van onroerende zaken in dit gebied (niet-woningen) opgelegd. De opbrengst van deze heffing wordt als subsidie naar de Stichting Bedrijven Investeringszone Eindhoven Centrum overgemaakt. De uitvoering verloopt conform afspraak.

Bestemmingsplan/omgevingsplan:

De verwachting is dat de Omgevingswet op 1 januari 2022 in werking treedt. Eventueel uitstel van de inwerkingtreding van de wet zal halverwege dit jaar bekend worden. Onder deze wet worden geen bestemmingsplannen meer gewijzigd, maar is sprake van wijzigingen van het omgevingsplan. De effecten van deze procedure op de leges zijn nog niet bekend. Omdat een Omgevingsplan over de hele fysieke leefomgeving gaat en niet alleen over de ruimtelijke ordening, is de verwachting dat er meer capaciteit moet worden besteed aan dit product en dat de leges voor het wijzigen van een omgevingsplan hierop moeten worden aangepast.

Parkeerbelasting

In 2020 zijn de uurtarieven in het centrum en de schilwijken licht verhoogd en is het dagtarief sterker gestegen teneinde parkeren in parkeergarages en het gebruik van P&R aantrekkelijker te maken. Daarnaast is het gebied waar parkeerbelasting wordt geheven, met ruim 20 straten fors uitgebreid. Er was in 2020 nog geen terugval in parkeerinkomsten door het vervallen van parkeerterreinen vanwege bouwontwikkelingen, omdat de planontwikkeling langer duurt dan gepland. Verder is betalen met muntgeld afgeschaft en kan er alleen nog met PIN of app worden geparkeerd. De grootste invloed op het taakveld parkeren is in 2020 de Coronacrisis geweest, waardoor er veel minder is geparkeerd dan normaal en de inkomsten navenant zijn afgenomen. De raming van de parkeerbelasting is met € 2,8 miljoen naar beneden bijgesteld en gecompenseerd met € 1,9 miljoen uit het gemeentefonds en € 0,9 miljoen uit de gemeentebrede Coronamiddelen.

Milieuzone

Eigenaren van vrachtwagens die niet voldoen aan de toegangseisen van de milieuzone kunnen een ontheffing aanvragen.  Voor incidenteel bezoek is het mogelijk om een dagontheffing aan te vragen (tot een maximum van 12 per kenteken per jaar). Als je een nieuwe vrachtwagen hebt besteld, kan voor de duur van de levertijd een tijdelijke ontheffing worden verleend. Ondernemers kunnen ook een beroep doen op de hardheidsclausule als ze aantoonbaar financieel afhankelijk zijn van de milieuzone maar niet kunnen investeren in een schoon voertuig. De leges voor de ontheffingen worden ieder jaar met 2% verhoogd (conform de indexering). Op basis van landelijke afspraken zijn deze leges niet kostendekkend. Het aantal aangevraagde ontheffingen loopt ieder jaar terug omdat steeds meer voertuigen voldoen aan de toegangseisen.
De gemeenteraad heeft 16 september besloten om het handhavingsgebied van de milieuzone vanaf 1 januari 2021 te vergroten. Na een gewenningsperiode van vier maanden moeten chauffeurs vanaf 1 mei 2021 ook in het noordelijk deel van de milieuzone een ontheffing hebben als ze niet aan de toegangseisen voldoen.  Dit geldt ook voor chauffeurs van autobussen. Mogelijk worden door deze aanscherping in 2021 meer ontheffingen aangevraagd.

Taxivergunning

Algemeen uitgangspunt bij de leges voor de taxivergunning is streven naar een zoveel mogelijk kostendekkend tarief met oog voor maatschappelijke effecten.

Leges Evenementen

De coronacrisis is in 2020 van invloed geweest op de opbrengst leges evenementen. Op basis van het kabinetsbesluit van 23 maart 2020 zijn de meeste evenementen tot en met het einde van 2020 verboden. In een aantal gevallen kunnen evenementen met ingang van 01 juli 2020 onder strikte voorwaarden plaatsvinden. Hierdoor zijn in 2020 slechts in de periode tot 23 maart 2020 leges voor de aanvraag van een vergunning in rekening gebracht. Na deze datum zijn geen leges meer in rekening gebracht en zijn reeds betaalde leges terugbetaald aan organisatoren waarvan het evenement niet door kon gaan.